dinsdag 16 augustus 2011

De boot van Boris

Het zomernummer van het Arne-blaadje: heeft het dan zin om de lezer te vermoeien met de belevenissen van Diricawl? Neuh. Vooral niet omdat de zomeravond dit jaar weer eens gekenmerkt werd door pech en onhandige acties. Niets nieuws dus, en ik wil u niet vermoeien met een herhaling van eerdere gebeurtenissen. Het is ten slotte zomer, u wilt vast na een dagje varen gewoon iets leuks lezen in die kuip.
Nou lees ik zelf ook graag, dus uw keuze aan kuip-covers; daar wil ik me best even tegenaan bemoeien. Vooral omdat hier mij een ding altijd hogelijk verbaasd: het verschil tussen mannen en vrouwen in de literatuur. En dan heb ik het niet over de schrijvers of de beschrevenen maar over de keuze van mannen en vrouwen: 100 % verschillend.
U kent het tafereel vast: aan het einde van een heerlijke dag, tegen half zes, met een biertje en/of een wijntje gezamenlijk in de kuip, een bakje borrelnootjes onder handbereik, kussens tegen het schot want dat kompas beperkt het lekker zitten anders te veel, en man en vrouw allebei een boek.
Ik sta dan niet raar te kijken als ik een man ontspannen zie bladeren in het ‘boordboek dieselmotoren’. Er is geen vrouw op aarde die dit ziet als lekker leesvoer voor de vakantie, ze leest tenslotte niet voor haar lol een gebruiksaanwijzing, maar daar denken mannen anders over. Lezen? Prima, maar dan wel graag nuttig. Dus dat boordboek, of een 400 pagina’s tellende handleiding van North Sails over wat de optimale zeilvoering is.
Tot zover is er niets aan de hand. Zij haar roman, hij zijn gebruiksaanwijzing: vrede op aarde en in de mensen een welbehagen. Ook in augustus. Maar het wordt jammer als die mannen vervolgens gaan voordragen uit het zojuist gelezen werk, wat ze opvallend vaak doen. “Lief, wist je dat we, als we een beetje meer twist in de bovenkant van het grootzeil varen, we wel een halve knoop harder kunnen lopen?” Alsof zij op die mededeling zit te wachten als ze net in het deel is waarin Dan Brown een tipje van de sluier oplicht over welk symbool gaat leiden naar de oplossing van het in het eerste hoofdstuk geponeerde raadsel. Dus ze gromt wat terug, bij wijze van bevestiging dat ze hem gehoord heeft, en leest verder. In iets werkelijk ontspannends, een dubbele moord, of een eetclub die van intriges aan elkaar lijkt te hangen.
Soms laten mannen zich verleiden door een van de titels in de watersportwinkel. Bootjesverhalen. Vaak reisverslagen, verhalen van Eerde Beulakker over hoe hij naar ‘Koude Kusten’ voer, of andere geheimzinnige titels als ‘De horizon zeilde mee’, (met als opbeurende ondertitel ‘dag na dag’, het telt dan ook een pagina of 400), titels over hoe wij het als nietige mensjes nooit gaan winnen van moedertje natuur (‘Zoute dromen, harde lessen’) of titels die allemaal samen te vatten zijn onder de kop ‘Remi’: men ging immers alleen om de wereld?
Terwijl de heren smullen van deze ervaringen, ben ik vast niet de enige dame die het bij het zien van de kaft al benauwd krijgt. Zelfs een onschuldige titel als ‘Geheimen van het wad’ krijgt iets sinisters als daar een man in Zuidwester met een verrekijker in een donkere nacht als illustratie gekozen is. En dan heb ik nog niet eens de daadwerkelijk enge verhalen genoemd. ‘Overleven op zee’ of andere waargebeurde verhalen over wat er gebeurde nadat de boot naar de kelder ging en er weken, soms zelfs maanden, stuurloos in een vlot op een van de zeven zeeën gedreven is.
Persoonlijk wil ik helemaal niet weten dat mijn boot ook óm zou kunnen gaan, dus vrijwillig verslagen lezen van mensen bij wie exact dat gebeurd is, dat wil ik niet, en al helemaal niet als ik nog twee weken moet op die boot. Als ik net een verhaal heb gelezen over een zinkend schip na een aanvaring met een walvis, dan beschouw ik een bruinvis op de Oosterschelde al als potentieel rompverwoestend materiaal.
Dus om ergernis te voorkomen verzorg ik zelf de boordbibliotheek. Naast de verplichte Almanak komen er alleen maar leuke, onschuldige boeken aan boord. ‘Voettocht door China’, de laatste Grisham, en speciaal voor hem een handleiding:
“Boris Beer wist heel precies, hoor
Hoe je echte boten bouwt
Met een zaag en met een hamer
En een flinke stapel hout” (*)

(*) ‘De boot van Boris’, Dick Bruna. Een aanrader!